3. DESTEP Technische installaties en systemen

Demografische ontwikkelingen

 HET AANTAL MBO-STUDENTEN IS DE AFGELOPEN 5 JAAR TOEGENOMEN

In het schooljaar 2019-2020 volgen 14.649 mbo-studenten een opleiding binnen de Technische Installaties en systemen. De afgelopen vijf jaar is het aantal studenten binnen deze branche met bijna 39 procent toegenomen. Het merendeel (83 procent) van de studenten binnen Technische Installaties en systemen volgt een bbl-opleiding, 17 procent van de studenten volgt een bol-opleiding (SBB).

 Soort medewerkers en aanbod leerbedrijven

Steeds meer meisjes kiezen voor een opleiding in de installatietechniek aldus Techniek Nederland. Het aantal vrouwelijke monteurs in de installatiebranche groeit ook. Al bij al gaat het echter nog om een minderheid. In totaal zijn er in de installatiebranche 2.330 vrouwen actief in 2018. In 2006 waren dat er 1.400 (Gawalo, 2018). 

Volgens Wij-techniek (het ontwikkelingsfonds voor de technische installatiebranche, voorheen OTIB) is 11 procent van de medewerkers in de branche een vrouw. En 13 procent van de werkenden in de branche is jonger dan 25 jaar.

Economische ontwikkelingen

In 2040 zijn in Nederland 1 miljoen nieuwe woningen gereed en is een groot deel van de woningvoorraad getransformeerd of vervangen. Nieuwe woningen zijn vooral in de grote steden ontwikkeld. De her ontwikkelde oude delen van steden of de getransformeerde oude kantoren en bedrijfsterreinen bieden ruimte voor nieuwe levendige woonwijken en buurten (Connect 2025, 2020).

Naast de groei van de bouw van woningen en bedrijfspanden brengt bovendien de transitie naar duurzame energie veel werk met zich mee, zowel in de bouw van nieuwe als in het aanpassen van bestaande woningen en panden. Ook de duurzaamheid van huurwoningen neemt toe wat leidt tot volop werk, en dan krijgen de bedrijven te kampen met personeelstekorten. Er ligt hier een enorme opgave waarmee de bouw- en technische sector tot 2040 druk bezig is (Werk.nl, 2020).

Koopwoningen en huurwoningen worden tegelijkertijd verduurzaamd. Om woonwijken sneller, efficiënter en betaalbaar te verduurzamen, investeert het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (BZK) 100 miljoen in de Renovatieversneller. De regeling moet ervoor zorgen dat het tempo van het verduurzamen omhoog gaat en de kosten per woning dalen. Dit is een belangrijke stap in het bereiken van de beoogde kostenverlaging van 20 tot 40 procent en versnelling naar een tempo van 200.000 verduurzaamde woningen per jaar uit het Klimaatakkoord. Het versnellen van de verduurzaming (o.a. zonnepanelen, een warmtepomp en een warmte-terugwin-installatie) van huurwoningen zorgt ook voor continuïteit en werkgelegenheid in de bouwsector (Rijksoverheid, 2020).

 CORONACRISIS

De coronacrisis zal naar verwachting negatieve gevolgen hebben voor de productie en werkgelegenheid in de bouwsector. De woningbouw (nieuwbouw en herstel en verbouw) en utiliteitsbouw (nieuwbouw en herstel en verbouw) en onderhoud zal in 2020 dalen. Onderhoud groeit naar inschatting weer in 2021. Hoewel de crisis in de bouw diep is, is het herstel weer meerjarig en krachtig. In de woningbouw volgen weer jaren met dubbele groeicijfers en ook de groei in investeringen in de utiliteitsbouw en infrastructuur zijn enkele jaren op rij zeer fors te noemen (Economisch Instituut voor de Bouw, 2020). Dit heeft mogelijk ook gevolgen voor de technische installaties en systemen. De leden van de toeleverende en technologische industrie – FME en aangesloten branches, NVKL – en Techniek Nederland – installatiebedrijven en technisch dienstverleners – geven aan dat ze de gevolgen in april 2020  ondervinden (Techniek Nederland, 2020).

 ARBEIDSMARKT

Vanwege het streven naar CO2 vrije gebouwde omgeving in 2050, de toenemende verstedelijking, de klimaatverandering, de veroudering van de infrastructuur en materiaal moet de personeelsschaarste aangepakt worden (Bouw en Techniek Innovatiecentrum).

Er is veel vraag naar elektriciens, loodgieters, onderhouds- en installatiemonteurs. Naast reguliere installatie- en onderhoudswerkzaamheden ontstaat er – door de energietransitie – behoefte aan installateurs van zonnepanelen en warmtepompen. Soms komen mensen met een opleiding op mbo-niveau 2 hiervoor in aanmerking, maar vaak is niveau 3 of 4 vereist (Connect 2025, 2020).

De krapte op de arbeidsmarkt staat in schril contrast met de groeiende behoefte aan personeel in de installatiebranche. De branche heeft de komende tijd veel extra krachten nodig. Tegelijkertijd verandert het profiel van de installateur. Er zijn andere, vaak hoger geschoolde mensen nodig om aan de marktvraag te voldoen. De energietransitie brengt nieuwe technieken en concepten in beeld, en oplossings- en klantgericht gericht werken vraagt andere kwaliteiten van werknemers.

Het is dus belangrijk om de instroom op gang te houden. Dat doet Bouw en Techniek Innovatiecentrum ( BTIC) bijvoorbeeld door het installatie vak te promoten bij leerlingen in het basis- en voortgezet onderwijs. Om de weg vrij te maken voor zij-instromers, is BTIC constant in gesprek met andere branches. Aan de ene kant zorgen ze dus voor instroom, aan de andere kant kijken ze hoe ze in de toekomst meer kunnen produceren met minder mensen. Ze stimuleren nieuwe werkvormen, technieken, materialen en concepten die minder arbeidsintensief zijn of waarmee sneller is te werken.

 ARBEIDSMARKT

In januari 2019 t/m september 2019 waren er 26.480 MBO vacatures op het gebied van Technische Installatie systemen. Dit is een stijging van 12 procent ten opzichte van Q2 t/m Q4 2018 (SBB).

 MBO Vacatures

Uit de ROVC TechBarometer uit 2019 blijkt dat bij 27 procent van de bedrijven gemiddeld drie tot vijf technische vacatures per jaar open staan. 21 procent heeft er zes of meer. Bij 31 procent van de openstaande technische vacatures duurt het minimaal een half jaar tot een jaar voordat de vacature is ingevuld. Bij 12 procent duurt dat zelfs langer dan een jaar. Ook hieruit blijkt dat het moeilijk is technici te vinden. Bedrijven moeten dus proberen om wel de medewerkers te vinden (ROVC, 2019).

Sociaal-culturele ontwikkelingen

De maatschappelijke ontwikkelingen volgen elkaar in snel tempo op. En een bedrijf kan daar niet op achterblijven. Waarmee moeten bedrijven de komende jaren rekening houden bij het maken van keuzes? Een van de onderwerpen is ‘de toekomst van werk’. Ontstaat er een constante vraag naar werkzaamheden? En welke vaardigheden heeft de werknemer van morgen nodig?

NIEUWE KENNIS, VAARDIGHEDEN EN WERKWIJZES

De branche staat voor enorme uitdagingen. Technieken en maatschappelijke opgaves veranderen, innovaties komen en gaan in sneltreinvaart. Kennis en vaardigheden zijn van het grootste belang om kwaliteit en vakmanschap te blijven garanderen. De transitie brengt nieuwe technieken en concepten in beeld en oplossings- en klantgericht gericht werken vraagt andere kwaliteiten van werknemers (Techniek Nederland, 2020).

Door het steeds complexer worden van het installatiewerk is het belangrijk om als installateur niet overal alleen voor te staan. Inkoop en het aannemen van grote of landelijke trajecten bijvoorbeeld, zijn dingen die de middelgrote installateurs beter samen kunnen doen dan alleen. Investeren in kennis en samenwerking met andere installateurs, samenwerkingsverbanden en fabrikanten is voor installatiebedrijven essentieel voor de toekomst (Installatie journaal, 2019).

 BIJ- EN OMSCHOLINGEN

Sommige banen gaan inhoudelijk aanzienlijk veranderen als gevolg van technologie. Deze veranderingen in het werk vergen faciliteiten voor bij- en omscholing van werkenden en werkzoekenden. Mensen moeten geschoold worden en blijven leren om te voldoen aan de eisen van het veranderende werk. Elk voorstel voor de toekomst van werk van ‘The Global commission on the Future of work’ bespreekt het verhogen van het niveau van investeringen in mensen. In dit kader is een Leven Lang Ontwikkelen een sleutelbegrip geworden (Connect 2025, 2020).

Aan installatiebedrijven worden ook nieuwe eisen gesteld. De werkgelegenheidsgroei is op de middellange termijn met 16 procent (circa 24.000 nieuwe banen) het grootst in de installatiesector. Om de klimaatplannen te kunnen uitvoeren, is het cruciaal dat er voldoende technische vakmensen beschikbaar komen. Het adviesorgaan van de regering wijst niet alleen op de groeiende werkgelegenheid als gevolg van de transitie naar schone energie, maar óók op verlies van arbeidsplaatsen in de oude, fossiele economie.

Techniek Nederland richt zich op diverse mogelijkheden om het tekort aan technici op het gebied van o.a. technische installaties te verminderen. Dat gebeurt door instroomcampagnes gericht op jongeren, speciale omscholingsprogramma’s voor zij-instromers én een versneld opleidingsprogramma voor statushouders (Techniek Nederland, 2018).

Technologische ontwikkelingen

In 2050 moet de complete gebouwde omgeving energieneutraal zijn. De gebouwde omgeving gaat om woningen, kantoren, scholen, ziekenhuizen, overheidsgebouwen. De branche houdt zich naast het opzetten van de energie neutrale gebouwde omgeving ook bezig met andere innovaties en technologische ontwikkelingen. Behalve digitalisering en data (o.a. gerelateerd aan de energie neutrale omgeving)  gaat het ook over smart homes, smart buildings, sensoren en Internet of Things (IoT). Smart buildings en smart homes hebben o.a.  ook te maken met energie besparingen. En sensoren en IoT hangen samen met smart homes en smart building.

• SMART HOMES EN SMART BUILDINGS

Woningen en gebouwen worden steeds slimmer. Slim verwijst hierbij naar geautomatiseerde /autonome processen die onder meer operationele kosten verlagen, energie besparen, ruimtegebruik optimaliseren, veiligheid verhogen en comfort verbeteren.

Smart Homes zijn slimme huizen waarin allerlei apparaten verbonden zijn met internet. Bewoners kunnen op afstand inloggen op beveiligingssysteem, de temperatuur regelen en de wasmachine aanzetten. De meest gebruikte IoT-apparaten worden ingezet om het leven gemakkelijker en plezieriger te maken. Ook beveiligingsapparatuur zoals camera’s en bewegingssensoren worden al veelvuldig gebruikt.

Ook in Smart Buildings worden allerlei apparaten, zoals airconditioning, computers en smartphones, aan het internet gekoppeld. Slimme gebouwen ontstaan met de noodzaak om energie te besparen. Door te leren van de verzamelde data kunnen middels IoT het beheer, onderhoud en de kosten van nutsvoorzieningen verminderd worden. Hiermee kunnen efficiënte acties aangemaakt worden, zoals het automatisch uitschakelen van de verwarming in een ongebruikte ruimte. Door het gebruik van verwarming, elektriciteit en water te optimaliseren kunnen energieverbruik en -kosten verminderd worden (3Bplus, 2017).

Een Smart Building kent tal van toepassingen op het gebied van duurzaamheid, benutting en bezetting, veiligheid, samenwerken en dergelijke (Security management, 2020).

 Smart industrie: flexibeler, robuster en slimmer werken in de post coronatijd

In slimme gebouwen worden allerlei apparaten, zoals airconditioning, computers en smartphones voorzien van sensoren en aan het internet gekoppeld. De (Internet of Things-)apparaten verzamelen data, waarna deze geanalyseerd kan worden (data analyse). De analyse kan ook plaats vinden via Artificial Intelligence (AI). Veel draait bij IoT om de sensoren. Deze ontwikkelingen zijn zeer interessant voor installateurs. Alle apparaten moeten immers geïnstalleerd en aangesloten worden, en met elkaar kunnen communiceren. Daar is installatiekennis bij nodig. Voor een installateur liggen er veel kansen binnen woningautomatisering (Hager, 2016).

 DATA

De opkomst van ‘Internet of Things’ en geavanceerde sensortechnologie zorgt voor een hoeveelheid data. Gebruikers of eigenaren zullen zelf hun gebouw willen zien, het renovatie concept samenstellen uit verschillende componenten, de effecten van hun keuzes simuleren, en online de keuzes vaststellen. Daarna zal met de data vanuit het keuzesysteem het productieproces aangestuurd moeten worden, en het planning en logistieke proces worden afgestemd.

De Nederlandse bouwsector loopt al voorop in het gebruik van Bouw Informatie Modellering (BIM), waarbij het werken met data en computermodellen centraal staat. Door deze methode op de juiste manier te gebruiken wordt het bouwproces efficiënter en goedkoper en de gebouwen kwalitatief beter en duurzaam.

Welke data heeft een bedrijf nodig? Per woningtype tenminste de afmetingen, gebruikte materialen, soort verwarming, isolatie, energieverbruik. Daarbij komen de gegevens over de technisch vereiste aanpassingen om de woning energieneutraal te krijgen en de wensen en eisen van bewoners, huurders of eigenaars. Hier zijn standaardoplossingen uit te destilleren die, met aanpassingen per type woning, op grote schaal zijn te fabriceren. Er worden dus ‘bouwpakketten’ gemaakt die passen bij het woningtype, de energievraag en wensen van bewoners. Dat betekent een optimale combinatie van isolatie, besparing en opwekking van energie en warmte. De lagere energierekening compenseert de investeringskosten, terwijl het wooncomfort toeneemt (TNO, 2019).

Ontwikkeling analyses tools (waaronder BIM BOTS), waarmee zowel grote en kennisintensieve bouwers als kleinere bouwers/aannemers bewoners mee kunnen nemen in de “customer journey”, automatische checks kunnen doen op bouwregelgeving en energetische verwachtingen van ontwerpkeuzes in beeld kunnen brengen, bestel-, productie en logistieke proces kunnen versnellen (incl. foutreductie) en prestatiegaranties kunnen waarborgen en een werkbare koppeling van verschillende systemen (Bouw en Techniek Innovatiecentrum, 2020).

 DIGITALISERING

Ook in de installatiesector is digitalisering sterk in opkomst. Digitalisering werkt door in de eigen bedrijfssystemen, de manier waarop bedrijven samenwerken aan projecten en de oplossingen die ze bij klanten toepassen.

Digitalisering speelt ook een rol in de versterkte behoefte aan ketensamenwerking, bijvoorbeeld door samen met partners en andere branches te werken middels een Bouw Informatie Model (BIM). BIM is een intelligent platform dat inzicht biedt voor het sneller, economischer en duurzamer creëren en beheren van bouwprojecten. Alle gegevens tijdens de ontwerp-, bouw-, beheer- en onderhoud fase worden opgenomen in digitale modellen.

In de bedrijven biedt digitalisering kansen voor efficiencyverbetering. Het ondersteunt de processen van calculatie en planning tot beheer en onderhoud. Dit alles maakt bedrijven en consumenten tegelijkertijd kwetsbaar. Zowel de eigen systemen als de systemen die u bij klanten uitvoert, behoeven goede beveiliging tegen cybercrime (Techniek Nederland, 2020).

Ecologische ontwikkelingen

De energietransitie in de gebouwde omgeving is binnen de Bouwagenda één van de belangrijke thema’s. Gestreefd wordt naar het structureel terugdringen van de CO2 uitstoot voor alle type gebouwen, leidend tot een CO2 vrije gebouwde omgeving in 2050 en een 49 procent reductie in 2030.

Het betreft alle woningen, kantoren, scholen, ziekenhuizen en overheidsgebouwen. Het streven vraagt om een majeure operatie tot een duurzame transformatie van de bestaande woningen en gebouwen en nieuwbouw. Ook voor nieuwbouw geldt dat vanuit zowel de opdrachtgever als de overheid de eisen ten aanzien van het leveren van duurzame oplossingen drastisch zullen toenemen. In dit verband valt te denken aan het ontwerpen van bouwdelen met een hoge isolatiewaarde, het ontwerpen, realiseren en beheersen van veel efficiëntere installaties, de inzet van intelligente systemen gericht op een effectief beheer van het binnenklimaat, reductie van materiaalgebruik en het aanleggen van een flexibele gebouwenvoorraad die verschillende functies kan vervullen.

Behalve de noodzaak tot duurzaam bouwen, is er ook in toenemende mate aandacht voor circulair bouwen. Circulair bouwen betekent dat we zo min mogelijk gebruik maken van nieuwe grondstoffen door hergebruik van materialen aan het einde van de technische levensduur van een gebouw (Techniek Nederland, 2020).

• KLIMAAT- EN DUURZAME TECHNIEK

Met het tekenen van het Energieakkoord en het opstellen van de Uitvoeringsagenda 2018 zijn belangrijke stappen gezet richting het verduurzamen van de Nederlandse economie. De gebouwde omgeving is een van de domeinen die hieraan een betekenisvolle bijdrage moet leveren. 

Hiertoe zijn onder meer doelen gesteld rond de productie van hernieuwbare energie en energieneutraliteit/-besparing in de gebouwde omgeving. Het EIB heeft in dit kader verschillende analyses uitgevoerd naar de doorwerking en effecten van het Energieakkoord op de gebouwde omgeving, de stroomversnelling, de verplichtstelling van een energielabel voor kantoren en naar de maatschappelijke kosten en baten van verduurzamingsinitiatieven (Economisch Instituut voor de Bouw).

Belangrijk is de transitie naar duurzamer leven, bouwen en wonen. De installatiesector speelt hier een belangrijke rol in. Een ander belangrijk onderwerp in deze transitie is het omgaan met verbruik (besparing), opwekking en de opslag van energie. Voorbeelden van moderne klimaattechnieken zijn onder meer balansventilatie met warmteterugwinning, bodem gekoppelde warmtepompen, lage temperatuurverwarming, passieve koeling, hybride warmtepompen en zonneboilerssystemen. Denk hierbij ook aan het installeren van zonnepanelen en laadpalen (Techniek Nederland, 2020).

NIEUWE MATERIALEN

Hout en materialen als bamboe worden steeds meer gebruikt als vervangers van beton. Het zijn duurzame alternatieven met aantrekkelijke eigenschappen (isolatie, CO2 -impact, herbruikbaarheid). Daarnaast komen er de komende jaren nieuwe materialen beschikbaar zoals aerogel dat superlicht is en uitzonderlijke isolerende eigenschappen heeft. Of 3D-geprinte materialen die een vierde dimensie krijgen als ze bijvoorbeeld in aanraking komen met water, zonlicht of stroom.

Politiek-juridische ontwikkelingen

VEILIGHEID

Digitalisering biedt veel kansen, maar zorgt ook voor bedreigingen. Bedrijfsnetwerken bevatten steeds meer (vertrouwelijke) informatie. De verbinding met het internet en apparaten die met het netwerk zijn verbonden, waaronder pc’s, laptops, tablets of smartphones, kunnen een bedrijf en een  woning kwetsbaar maken voor cybercrime.

De vergevorderd digitalisering heeft als aandachtspunt cyber security. De noodzaak van veilige, betrouwbare en vooral overzichtelijke cybersecurityoplossingen neemt toe. Investeren in de cyberveiligheid is daarom heel belangrijk. Er moeten technologische ontwikkelingen komen die de komende jaren naar verwachting in de praktijk relevant zullen worden voor de cyberweerbaarheid.

PRIVACY

Binnen het marksegment Technische Installaties en Systemen zijn innovaties aan de orde van de dag. Gebouwen en installaties worden bijv. aangesloten op het Internet of Things, wat grote hoeveelheden data genereert. De innovaties moeten rekening houden met wet- en regelgeving. O.a. de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG). De AVG heeft onder meer gezorgd voor de versterking en uitbreiding van privacyrechten, en meer verantwoordelijkheden voor organisatie. Bedrijven moeten kunnen aantonen dat zij een goed privacybeleid hebben.

INHOUDSOPGAVE DESTEP