Werken met meer verantwoordelijkheid

3. Complexe context

WAT IS HET?

Het werk in de Metaal- en metalektrosector wordt complexer door grote veranderingen in het werkveld. Het werk wordt integraler door digitalisering en robotisering. De werknemer mag meer met een helikopterblik over het gehele proces heen kunnen kijken. Het belang van hoofdwerk neemt toe. Vooruit kunnen denken is noodzakelijk, goed kunnen monitoren of alles processen juist lopen. Daarnaast wordt de klant mondiger en neemt de groep zij-instromers toe wat ook voor meer complexiteit op de werkvloer zorgt. De storingsmonteur fungeert vaker als ambassadeur bij een klant. De klant wil ontzorgd worden en dat vraagt om goed luisteren maar ook om inzicht hebben wanneer extra werkzaamheden zich aandienen. Door onderhoud ontdek je nieuwe dienstverlening, doe je aan klantbinding en acquisitie.

Het klantgericht werken zal door de Wet op de Kwaliteitsborging extra stimulans en inhoud krijgen. Deze wet loopt nu vertraging op omdat het gekoppeld is aan de Omgevingswet. Voorzien is ingang van de wet op één januari 2022. Deze wet zorgt voor meer private inspectie en kwaliteitscontrole, toetsing op de werkplek. Ook voor de Metaal- en metalektrosector heeft deze wet grote impact op hoe de uitvoering en communicatie van het werk verloopt. Bedrijven moeten straks zelf kunnen aantonen dat ze hun werk goed hebben gedaan. De klant hoeft niet langer aan te tonen dat er geen goed werk is geleverd, dat is een enorme verandering. Het gaat hier om aantoonbaar goed en kwalitatief werken en resultaat leveren. Het belang hiervan neemt toe door de Wet op de Kwaliteitsborging. Deze ontwikkeling betekent niet alleen zeggen dat je goed werk hebt geleverd maar het ook kunnen bewijzen, door digitaal bewijs van het ontwerp en het resultaat, vergezeld met beeldmateriaal.

 

Steeds meer grotere bedrijven ontwikkelen eigen opleidingstrajecten omdat het reguliere onderwijs niet goed aansluit bij de grote zij-instroom van werknemers die zij binnenkrijgen. Bij sommige bedrijven is het aantal zij-instromers goed voor 80 procent. Daardoor is er meer behoefte aan modulaire scholing in plaats van de traditionele brede scholing, omdat zij-instromers vaak al startkwalificaties hebben. Verder biedt een modulaire opzet een inzichtelijke structuur die bruikbaar is voor het inrichten en aanpassen van individuele leerroutes. Individuele leerwensen van studenten, zoals het volgen van een deel van de opleiding op een hoger niveau, of het overstappen naar een andere hoofdrichting of een ander specialisme, kunnen in een modulaire structuur beter worden geaccommodeerd (Rijnland Advies, 2019).

“Het werk dat we doen, wordt steeds integraler”
– Piet Mosterd, AWL.

Doordat het werk complexer is geworden, worden de organisaties noodgedwongen platter. Operators van nu hebben grotere verantwoordelijkheden in het bedienen maar ook in het verbeteren van machines. Het belang van sociale innovatie neemt toe, los van de technologie én over de sectoren heen. Dan gaat het over hoe de organisatie verandert door digitalisering en robotisering. Hoe verandert het sturingsproces, hoe introduceert de organisatie meer zelfsturing, hoe bevorder je meer integraal samenwerken en integriteit? Hoe blijft het werk voor een metaalbewerker menselijk en overzichtelijk? Hoe vergroot je het slimmer en met meer plezier werken? De humane kant van werk krijgt een voornamere rol als tegenantwoord op de snelle digitalisering en robotisering van het vak. Maar ook als antwoord op de toegenomen klantwensen met betrekking tot persoonlijk maatwerk. Werknemers in de Metaal- en metalektrosector moeten steeds flexibeler kunnen werken en helder kunnen communiceren.

“Het zijn geen knoppendrukkers meer, er wordt verwacht van de mensen dat ze meedenken in het proces”
– Jos Snijders, voorzitter marktsegment Metaal & Metalektro.

Wim Baars, Leidse Instrumentenmakers School.

“De student mag meer creativiteit en flexibiliteit ontwikkelen. Daarbij hoort het kunnen toepassen, out of the box denken en het anders denken dan de bestaande paden.” 

Wat verandert er?

Door de snelheid van ontwikkelingen in het werkveld, is het moeilijk om bij te blijven. Je bent nooit (meer) klaar met je opleiding. Je leert een vak maar de inhoud verandert steeds sneller, daardoor wordt een leven lang ontwikkelen steeds belangrijker.

Multidisciplinair kunnen werken wordt meer gevraagd van werknemers om te kunnen blijven functioneren in een complexe context. Werknemers moeten kunnen omgaan met digitale toepassingen, geautomatiseerde productiestraten en werken met meer verantwoordelijkheid. Dat vraagt veel van een werknemer.

“We zitten op een punt in het onderwijs, waar je de focus meer mag leggen op goed arbeidsethos ontwikkelen en een basis aan technieken kunnen beheersen. De rest kan de student tijdens het werk bijleren”
– Hans Roodbergen, Heijmans.

Het onderscheid tussen toonaangevende, vaak grote bedrijven en de kleine bedrijven zal verder groeien. Die laatste groep heeft moeite om bij te blijven. Het mbo-onderwijs kan daarbij helpen door via de achterdeur bedrijven innovatiever te maken, bijvoorbeeld op het toepassen van digital twin technologie. Studenten die net klaar zijn met hun opleiding kunnen vooral de kleinere spelers helpen met vernieuwen.

Voorbeelden

Marel een wereldspeler in voedselverwerkingsmachines, betrekt haar werknemers actief in de snelle verandering van het werkveld en de eisen die dat stelt aan de werknemers. Door interne intensieve begeleidingstrajecten en trainingen wordt hier invulling aangegeven. Een belangrijk onderwerp daarin is engagement of persoonlijke betrokkenheid op het werk, wat als graadmeter gezien wordt of een medewerker nog goed kan functioneren in de complexe context. Op basis van twaalf vragen (behoeften) wordt gemeten hoe betrokken een werknemer is bij zijn werk. Hierin wordt samengewerkt met onderzoeksbureau Gallup, dat wereldwijd onderzoek doet naar engagement.

Adviezen voor het beroepsonderwijs

Het complexer worden van de werkomgeving vraagt van het onderwijs om minder op de automatische piloot les te geven. Laat studenten zichzelf ontwikkelen, dan komen ze met eigen, soms verrassende ideeën. Laat ze zelf nadenken, stimuleer eigenheid en creativiteit, dat is nodig voor de toekomst. Een student mag leren integraler naar het proces te kijken. Geef studenten vrijheid om eigen keuzes te maken in het lesprogramma om zo hun talenten sneller te kunnen ontwikkelen. Hierin ligt een grote rol voor het BPV (de Beroepspraktijkvorming), die als een sleutel tot innovatie kan fungeren. Dit is iets wat onderwijs en bedrijven samen kunnen oppakken in een goede verdeling van mogelijkheden. Daarnaast wordt een grotere inzet van hybride docenten verwacht en toegejuicht. Hybride docenten zijn medewerkers van bedrijven die worden opgeleid instructeur of docent in het beroepsonderwijs, en vervolgens gedeeltelijk in het bedrijf en gedeeltelijk in de school werkzaam zijn (Rijnland Advies, 2019).

“Competentiegericht onderwijs daar ben ik een enorme voorstander van. Je daagt de student uit om zelf na te denken en daarna pas naar de docent te lopen voor vragen. Dit is één van de problemen waartegen ik aanliep in het onderwijs. Als studenten aan mij vroegen wat iets betekende, vroeg ik of ze dit wel aan mij moesten vragen. Je wilt dat je leidinggevende het idee krijgt dat je eerst zelf naar oplossingen zoekt en zelf meedenkt in het proces. Dit is een andere manier om studenten te triggeren”
– Jos Snijders, voorzitter marktsegment Metaal & Metalektro.

De op het mbo geleerde vaardigheden hebben een steeds kortere houdbaarheidstermijn. Daarom is een leven lang ontwikkelen zo belangrijk. Vakmensen stimuleren een leven lang leergierig te zijn, een leven lang nieuwsgierig te zijn. Het bestaande mbo-systeem gaat nog heel erg uit van het beroep, maar het huidige beroep verdwijnt of verandert. Competenties kunnen ontwikkelen en multi-inzetbaarheid worden belangrijker. Het belang van deeltijd onderwijs en van het ontwikkelen van 21st Century skills neemt toe. Het gaat dan om vaardigheden zoals: kritisch denken, creatief denken, probleem oplossen, digitaal denken, informatie vergaren, ICT-basis vaardigheden, media wijsheid, communiceren, samenwerken, sociaal & culturele vaardigheden en zelfreflectie (Stichting Leerplanontwikkeling, 2020).

“De nieuwsgierigheid naar innovatieve vak-gerichtheid mag meer vanuit het onderwijs gestimuleerd worden”
– Piet Mosterd, AWL.

“Er mag meer modulair onderwijs komen, meer deelcertificaten en dit gekoppeld aan een leven lang ontwikkelen. Het begint met de breedte, zeg maar proeven met het puntje van de tong. Na zes maanden kan een student al de diepte in. De spanningsboog voor de breedte onder studenten neemt af, kan niet te lang zijn”
– Piet Mosterd, AWL.

De Metaal- en metalektrosector is nog redelijk traditioneel en heeft hier een inhaalslag te maken. Binnen het onderwijs kan er meer samengewerkt worden en best practices gedeeld worden. Er wordt nog vaak per school individueel geopereerd. Een digitaal platform voor best practices kan daarbij helpen. Een initiatief als Techniekpact 2020, wat speciaal is opgezet om vernieuwing en innovatie in de techniek in Nederland te stimuleren, helpt ook de Metaal- en metalektrosector (Ecologium, 2020). Door de groeiende groep zij-instromers en door invulling van leven lang ontwikkelen zullen meer oudere werknemers onderwijs gaan volgen. Door de groep van oudere werknemers te mengen met de jonge studenten, kunnen beiden groepen van elkaar leren. Het geeft meer dynamiek in de klas en versterking van de praktijkvoorbeelden. Verder kan het horizontaal promoveren aantrekkelijker gemaakt worden. Bijvoorbeeld een lasser wordt programmeur door een aangepast kort lesprogramma.

De basisvaardigheden voor Leven Lang Ontwikkelen zijn onder andere in beeld gebracht door Marinka Kuijpers (Rijnland Advies, 2019). In haar werk worden de volgende competenties onderscheiden:

  • Motievenreflectie (het onderzoeken van wensen en waarden);
  • Kwaliteitenreflectie (het onderzoeken van de sterke kanten van een persoon);
  • Werkexploratie (het onderzoeken van eisen, waarden, mogelijkheden en ontwikkelingen in werk en leren);
  • Loopbaansturing (het ondernemen van acties in leren, experimenteren, organiseren en profileren om te kunnen werken en ontwikkelen op een manier die bij de toekomstambitie past);
  •  Netwerken (het opbouwen en onderhouden van contacten gericht op de loopbaan-ontwikkeling).
DossiersAls gevolg van een complexere context waarin een werknemer komt te werken zijn de volgende vaardigheden en het opdoen van kennis benodigd:
Precisietechniek, Mechatronica,
Machinebouw Onderhoud, Metaal-bewerken, Middenkader Engineering
• Kennis van 21st century skills, welke hebben prioriteit en waar is verdieping met bijvoorbeeld rollenspellen wenselijk.
• Het kunnen omgaan met moderne communicatiemiddelen, zoals WhatsApp, Zoom, MS Teams.
Mechatronica• De mechatronisch monteur moet kunnen samenwerken met andere disciplines zoals ontwerpers en softwaremakers. Ook is van belang het volgen van documentatie en protocollen en het zelf documenteren van oplossingen.
Middenkader Engineering• Leren out of the box te denken, bewustwording dat in het onderwijs niet alles is te leren. Ontwikkeling van zelfleren vermogen, kunnen bijhouden en mogelijk toepassen van relevante ontwikkelingen in het eigen vakgebied

INHOUDSOPGAVE MACROTRENDS METAAL EN METALEKTRO