Sport en bewegen is op veel vlakken effectief. Het zorgt voor betere gezondheid, meer zelfvertrouwen en een betere kwaliteit van leven

Positieve gezondheid

WAT HOUDT HET IN?

Sport en bewegen zijn onmisbaar voor een vitale en gezonde samenleving. De nieuwe regering beschrijft in het coalitie/akkoord haar plannen voor passende zorg en de rol van sport en bewegen hierin. ‘Passende zorg’ betekent dat zorg bewezen effectief is en we overbehandeling voorkomen. Het betekent ook dat zorg gericht is op gezondheid, functioneren en kwaliteit van leven; dat zorg samen met patiënt en professional tot stand komt en dat zorg op de juiste plek komt. Zorg die vaak voorkomt en niet complex is, is voor iedereen dichtbij beschikbaar, terwijl complexe zorg die weinig voorkomt, gespecialiseerd is (Coalitieakkoord, 2022).

Passende zorg is dus o.a. gericht op gezondheid, functioneren en kwaliteit van leven. Dit valt samen met de definitie van gezondheid van Machteld Huber. Zij ontwikkelde samen met de Gezondheidsraad en ZonMw een dynamisch concept gezondheid dat veerkracht en zelfredzaamheid van mensen als uitgangspunt neemt. De zes dimensies waaruit positieve gezondheid bestaat, zijn

  1. lichaamsfuncties,
  2. mentaal welbevinden,
  3. de spiritueel-existentiële dimensie,
  4. kwaliteit van leven,
  5. sociaal-maatschappelijk participeren en
  6. dagelijks functioneren.

Sporten en een gezonde levensstijl kunnen dus niet ontbreken als het gaat over positieve gezondheid. De sport- en beweegsector heeft een belangrijke rol bij de ambitie om in 2040 een gezonde en vitale generatie in Nederland te hebben. De overheid reserveert dan ook 25 miljoen euro voor deze sector.

“De grote trend is dat we sport ook zien als werken aan een gezonde levensstijl. Het gaat over de domeinen heen. Sport is een eigen sector en dringt ook binnen in andere vaardigheden. Dat is een grote ontwikkeling. Dat vraagt van studenten die in een ziekenhuis werken dat patiënten fit een operatie in gaan en dat ze daar sport bij betrekken. Het gaat over organisatie, samenwerken, inleven, praten met andere beroepen. Dat hoort er allemaal bij.”
– Kris Tuinier, Instituut voor Sportstudies

WAT VERANDERT ER PER DOSSIER?

De zes dimensies van gezondheid
Positieve gezondheid kijkt breder naar de mens dan alleen naar ‘aan- of afwezigheid van ziekte’. Het gaat om eigen regie op een zinvol en gezond leven. Sport en bewegen dragen daar positief aan bij. Voornamelijk sportbewegingsleiders kunnen cliënten ondersteunen bij het in beeld brengen van hun gezondheid. Dat kunnen zij bijvoorbeeld doen met de vragenlijst van positieve gezondheid: het ’spinnenweb’. Vervolgens kunnen sportbewegingsleiders sport en bewegen inzetten om de gezondheid te vergroten.

Ook gemeenten gebruiken het concept positieve gezondheid om hun gezondheidsbeleid op te baseren. Bijvoorbeeld door het formuleren van doelstellingen aan de hand van de zes dimensies. Dit kan ook een structurelere samenwerking opleveren tussen verschillende domeinen, zoals zorg, welzijn en participatie.

De Britse onderzoeker Richard Bailey ontwikkelde op basis van wetenschappelijke literatuur met collega-onderzoekers en Nike het Human Capital Model, dat meer dan tachtig effecten van sporten en bewegen benoemt. Die effecten zijn in het Human Capital Model ingedeeld op basis van zes kernwaarden: fysieke waarde, emotionele waarde, sociale waarde, persoonlijke waarde, intellectuele waarde en financiële waarde. Die zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden: effecten en veranderingen van de ene kernwaarde hebben invloed op andere kernwaarden. Sport kan dus een middel zijn om deze vaardigheden aan te leren. En om mensen zo een gevoel van zelfmanagement en mentale veerkracht bij te brengen.

Scroll terug naar boven en lees verder in de tweede kolom

Expert Ap te Winkel: “Het systeem dat we hebben voor de financiering van de gezondheidszorg is nog te veel gebaseerd op ziek zijn, niet op gezond zijn. Tegenwoordig zie je een langzame verschuiving richting ‘positive health’. Die definieert gezondheid als mensen die bewegen, gezond eten en een betekenisvol leven leiden. Tot voor kort werd er veel te weinig geïnvesteerd in preventie, maar tegenwoordig is daar veel meer aandacht voor.”

Sport als curatief en preventief middel
Bewegen heeft ook een grote preventieve functie op het gebied van gezondheid. Het kan onder andere helpen om stress, depressieve klachten of obesitas te verminderen of te voorkomen. Het faciliteren en stimuleren van bewegen en sportbeoefening met het oog op de gezondheid is daarmee van groot belang voor de gemeente (sinds de decentralisaties). In de gezondheidszorg gaat steeds meer aandacht naar het stimuleren van gezond gedrag, in plaats van naar behandeling en genezing. 

Sport en beweging kunnen een rol spelen bij de preventie van zowel fysieke als cognitieve gezondheidsklachten. Fysieke gezondheid bestaat uit zaken als gewicht en verschillende (chronische) ziekten. Bepaalde hersenfuncties, zoals het geheugen en concentratievermogen, vallen onder cognitieve gezondheid. Zowel in het commerciële circuit als in de gezondheidszorg streeft men ernaar dat mensen zich gezonder of zich weer gezond gaan voelen. Behandelplannen in de gezondheidszorg en trainingsschema’s in sportcentra maakt men op maat.

“Als we niks doen is in 2060 60 procent van de Nederlanders te zwaar. Dus wat kunnen wij betekenen voor een gezonde leefstijl? Wij ontkomen daar niet aan, dat gaat zo groot worden. Kijk naar kinderen, ze bewegen ook steeds minder goed, motorisch gezien. En als ze op jonge leeftijd minder vaardig zijn, betekent dit dat ze op latere leeftijd minder bewegen. Dat komt door internet, mobiele telefoon, met de auto naar school, afhaken bij sportverenigingen.”
– Kris Tuinier, Instituut voor Sportstudies

Verschillende culturen met eigen gezondheidsklachten
Het op maat maken van behandelplannen heeft ook te maken met de verschillende culturen met eigen gezondheidsklachten. Sport zal steeds meer te maken krijgen met specifieke doelgroepen die onderhevig zijn aan een bepaald ziektebeeld. Sport kan helpen om deze specifieke doelgroepen te activeren en een kans te geven om meer grip/zicht op de eigen levensstijl te krijgen. Dit zorgt voor behoefte aan andere vaardigheden en inzicht in enerzijds het medische aspect en anderzijds leefstijlen van bepaalde doelgroepen en diversiteit hierin. Inclusie is hierbij het sleutelwoord en de uitdaging is hoe je de verschillende culturen betrekt bij een actievere levensstijl. Expert Jo Lucassen zegt hierover: “We hebben in Nederland een steeds gemengdere samenstelling van de bevolking, met allerlei verschillende culturen. Dat vergt ook iets van de kwaliteit van degenen die in de sport werken. Je hebt mensen met verschillende houdingen en daarmee moet je kunnen omgaan. Je moet goede begeleiding geven aan mensen in een gemengde groep met verschillende achtergronden die met elkaar sporten.”

Meer vraag naar de leefstijlcoach?
In de samenleving is er een toenemende druk op de eigen verantwoordelijkheid van mensen op het gebied van gezondheid en bewegen. Zo speculeert men over het aanpassen van de eigen bijdrage bij mensen die roken of overgewicht hebben. Onder deze toenemende druk, maar ook door COVID-19, zijn mensen zich steeds meer bewust van het nut van een gezonde levensstijl. De leefstijlcoach is een nog vrij nieuw beroep. Een van de kenmerken van de aanpak van leefstijlcoaches is dat zij coachen als grondslag hebben voor hun aanpak. Dat betekent dat zij mensen begeleiden bij het maken van hun eigen keuzes. Leefstijlcoaches zijn geen zorgprofessionals; ze fungeren als gids voor iedereen die zijn dagelijkse gewoontes wil veranderen om zich goed te (blijven) voelen. Alhoewel het een hbo-opleiding is, is die voor het beroepsonderwijs wellicht ook interessant. Het kunnen samenwerken met andere (zorg)professionals, adviseren en begeleiden is in de toekomst alleen maar belangrijker.

WELKE VOORBEELDEN ZIJN ER VANUIT DE PRAKTIJK?

Bewegen op recept
Bewegen op recept is een integrale aanpak tussen sport en zorg, om mensen te stimuleren om te sporten en te bewegen. Dat bevordert hun gezondheid in positieve zin. Het doel van dit project is te komen tot praktische en wetenschappelijke kennis, en werkvormen. In 2020 is een ZonMw-implementatieproject gestart dat werkt aan een vernieuwde werkwijze van Bewegen op recept, een grotere doelgroep, betere samenwerking tussen zorg- en sportprofessionals, en betere doorstroom in het doorverwijsproces. En het uiteindelijke doel dat meer patiënten gaan en blijven bewegen. Zie voor meer informatie over dit project: Implementatie vernieuwde werkwijze interventie Bewegen op recept.

FC Twente scoort met positieve gezondheid
Ook in Twente handelen meer en meer organisaties vanuit het gedachtegoed van positieve gezondheid. Zo ook FC Twente, met hun initiatief ‘FC Twente Scoren met Gezondheid’. Het is een gecombineerde leefstijlinterventie, gebaseerd op de dimensies van positieve gezondheid. Met dit initiatief proberen zij mensen fitter en actiever te maken door sport en gezondheid in te zetten als middel. Daarnaast vindt een traject plaats dat mensen begeleidt naar de onderwijs- of arbeidsmarkt, en zogenaamde thema’s waarin mensen bijvoorbeeld werken aan hun zelfvertrouwen en weerbaarheid. En ze krijgen informatie over kansrijke sectoren op de arbeidsmarkt in Twente. Er zijn twee belangrijke doelen: m

WAT IS DE IMPACT VAN POSITIEVE GEZONDHEID OP HET WERKVELD?

Bredere kijk op gezondheid
Doordat bij de ondersteuning en zorg steeds meer de nadruk komt te liggen op de kwaliteit van leven, is het nodig om niet alleen te kijken naar de fysieke gezondheid van een sportdeelnemer, maar naar de mens als geheel, inclusief de mentale en sociale gezondheid. De nieuwe definitie van ‘gezondheid’ sluit daar naadloos op aan. Naast een brede kijk op gezondheid staat in deze definitie het perspectief van de sporter centraal. In de gezondheidszorg heet dat ook wel ‘persoonsgericht werken’; aansluiten bij de wensen en doelen van mensen zelf gaat ook spelen in de sportwereld. Dit betekent voor bijvoorbeeld bewegingsleiders dat ze – naast eigen expertise en advies – moeten overleggen met professionals uit andere domeinen.

Overwegingen en inschattingen kunnen maken
Hoe mensen zich gedragen en welke levensstijl zij erop nahouden, heeft met veel factoren te maken. Om dat te ontrafelen, heb je de expertise van verschillende disciplines nodig, met elk haar eigen kennis, ervaring en invalshoek. Denk aan woonomgeving, dagbesteding en beroep. Wat in de ene discipline vanzelfsprekend is, roept vragen op bij een andere. Samen kunnen we achterhalen waarom iets een risico is en wat mogelijke oplossingen zijn. Overwegingen maken samen met andere professionals en het kunnen inschatten van de leefwereld van mensen die sport inzetten als behandeling is daarom steeds belangrijker voor de bewegingsleider.

“Kennisbehoefte is een belangrijk thema en voor ons ook een uitdaging. Ik vind het belangrijk dat de mensen die in zwembaden werken meer gebruikmaken van onderzoekkennis en de kennis die er al is. Zwembaden zijn vaak wat meer intern gerichte organisaties.”
– Jarno Hilhorst, Kenniscentrum zwemmen.

Scroll terug naar boven en lees verder in de tweede kolom

Sociale inclusie: samenspel tussen burgers en professionals
Bij positieve gezondheid hoort ook sociale inclusie. De samenleving doet steeds meer een beroep op het sociale netwerk van mensen. Niet langer is alleen de overheid aan zet. Familie, buren en vrienden kijken waar ze ondersteuning kunnen bieden. Sport haalt mensen uit hun isolement en verbindt grote groepen. Sport bevordert een actieve, gezonde leefstijl voor mensen mét en zonder beperking of chronische ziekte. Sport moet een terrein zijn waarop ook bijvoorbeeld ouderen, mensen met een laag inkomen, de lhbti+-community én mensen met verschillende culturele achtergronden zich thuis kunnen voelen. Iedereen moet kunnen meedoen en iedereen hoort erbij. Dat sport hier een belangrijke rol in speelt, heeft ook de huidige pandemie duidelijk gemaakt.

Sportprofessionals hebben dan ook een verbindende rol en het is belangrijk dat zij goed zijn toegerust om de juiste sportelementen in te zetten. Experts geven aan dat ook de coördinator sport meer moet faciliteren, ondersteunen en samenwerken met mantelzorgers, de buurt en vrijwilligers. En sportprofessionals moeten zich kunnen verplaatsen in de gevoelens, keuzes, afwegingen, twijfels en gedachten van mensen in hun sociale netwerk. Expert Floor Gunst: “Ik denk dat studenten in onze opleiding niet enkel de focus op sport en sportinstructies moeten hebben, maar ook op gezonde voeding, en sociale skills voor het omgaan met verschillende doelgroepen. Bijvoorbeeld: hoe ga je om met mensen met een beperking?”

Preventiezorg: een leefstijlcoach. Coaching op meerdere leefgebieden
Sportprofessionals zijn in deze nieuwe visie niet alleen een coach op het gebied van bewegen, maar op meerdere leefgebieden, zoals sociale en mentale vlakken. De bewegingsleider moet ‘het samen met de burger doen’. Preventie heeft een belangrijke rol in deze visie. Risicosignalering is een vorm van preventie. Je probeert een probleem te voorkomen, of verergering van een probleem tegen te gaan. Goede risicosignalering vraagt om observatievaardigheden, communicatieve vaardigheden én om (meer) zorginhoudelijke kennis van ziektebeelden, symptomen, gevolgen en (gezondheids)risico’s. Bovendien moeten medewerkers op de hoogte zijn van de juiste interventies. Zij moeten de actuele stand van zaken kennen en landelijke richtlijnen en standaarden kunnen toepassen. Dit vergt van sportprofessionals het juiste niveau.

Kris Tuinier, Instituut voor Sportstudies

Het zou goed zijn dat er meer kennis is over ziektebeelden en sociaal domein. Sportprofessionals moeten daar vaardiger in zijn. Sport en bewegen heeft alleen zin als je er plezier in hebt en vaardig in bent.

INHOUDSOPGAVE SPORT EN BEWEGEN